'K Sla d' ogen naar 't gebergte heen, Vanwaar ik dag en nacht Des Hoogsten bijstand wacht. Mijn hulp is van den HEER alleen, Die hemel, zee en aarde Eerst schiep, en sinds bewaarde. De HEER zal u steeds gadeslaan, Opdat Hij in gevaar, Uw ziel voor ramp bewaar'; De HEER, 't zij g' in of uit moogt gaan, En waar g' u heen moogt spoeden, Zal eeuwig u behoeden.