Toen vaders fanfare uit Heerlen vertrok Omdat z'in Maastricht moesten spelen Toen namen ze gauw nog een stevige slok Voor't smeren der dorstige kelen Maar eventjes verder was nog een café En wie zegt er nou bij 't carnaval nee Geen bericht, geen bericht Ze zijn onderweg naar Maastricht Bij 't derde café liep 'n vreemdeling mee In veertiende eeuwse kleren Ze wisten niet goed wat of hij daar nou dee Maar 'ie had wel een hoop te vertieren Hij riep telkens weer 'nog een rondje voor mij' Maar 't carnaval was in Maastricht haast voorbij Geen bericht, geen bericht Ze zijn onderweg naar Maastricht Zo lokte die man een heel blaasorkest Het onheil was niet meer te keren Luid zingend in steeds hoger sferen Ze kwamen nooit aan in de stad aan de maas Dus carnavalsvierders pas op want helaas En thans tezamen: Geen bericht, geen bericht Ze zijn onderweg naar Maastricht