Aan de kade van de rivier Zondagsmensen wandelen hier Zal ik ooit ook zo zijn Deze onrust kwijt zijn Rivieren stromen eindeloos Mijn hart slaat rusteloos Wanneer in de kou vroeg ik aan jou Doe iets, van tederheid (van tederheid) Doe iets, wat niemand begrijpt (wat niemand begrijpt) Owowow Doe iets, van tederheid (van tederheid) Doe iets, doe lief, doe aardig, doe vrij Maar doe iets (doe iets, doe iets) Maar doe iets (doe iets, doe iets) Voor 't leven rende jij, ah Ik wou mee tot aan het eind Die nacht deden wij de maan uit Tot de zon opkwam En in dat bleke ochtendlicht Pakte ik jouw rode lippenstift En schreef in de spiegel Voordat ik wegging Doe iets, van tederheid (van tederheid) Doe iets, wat niemand begrijpt (wat niemand begrijpt) Owowow Doe iets, van tederheid (van tederheid) Doe iets, doe lief, doe aardig, doe vrij Maar doe iets (doe iets, doe iets) Maar doe iets (doe iets, doe iets) En ik schreef in de spiegel Voordat ik wegging Doe iets, van tederheid (van tederheid) Doe iets, wat niemand begrijpt (wat niemand begrijpt) Owowow Doe iets, van tederheid (van tederheid) Doe iets, wat niemand begrijpt (wat niemand begrijpt) Doe iets Doe iets, doe iets, doe iets Doe iets