Opeens was er licht Had je benen, een stem, een gezicht Je gedachten, verhaal, een gedicht Liep je van Amsterdam tot Maastricht Opeens was er doel Was er liefde, geluk en gevoel Soms de wind tegen vol op je smoel Ach, je begrijpt toch wel wat ik bedoel Maar ze zullen weten Dat ik leefde Nooit vergeten Wie ik was Ze zullen weten Dat ik leefde Nooit vergeten Wie ik was Opeens was er drang Was er lef, was er durf, was er bang Was er voorgrond of toch het behang Was er 'eeuwigheid duurt niet zo lang' Maar steeds was er sfeer En ik wilde erbij zijn meneer Van de eerste tot de allerlaatste keer Dus geproost op het leven, meneer Want ze zullen weten Dat ik leefde Nooit vergeten Wie ik was Ze zullen weten Dat ik leefde Nooit vergeten Wie ik was Het donker, het leven De tragiek en de mop De berg en zijn schaduw De mens en de top Maar ze zullen weten Dat ik leefde Nooit vergeten Ja ze zullen weten Dat ik leefde Nooit vergeten Wie ik was