Mijn hart brandt voor u. HEER, u bent sterk.
Ik kan altijd op u bouwen.
HEER, mijn God, uw muur staat om mij heen.
U kan ik vertrouwen.
Wat er ook gebeurt, u blijft bestaan.
Daarom kom ik bij u schuilen.
Wat mij ook bedreigt, u kunt het aan.
Bij u ben ik veilig.
Geef God alle eer! Ik riep: de HEER.
Hij alleen zal mijn houvast zijn.
Geef hem alle eer! Ik roep de HEER.
Hij bevrijdt mij. Mijn vijand krijgt geen kans.
Lai lai lai la, lai lai lai lai lai. Lai lai lai la, lai lai lai la.
Ik zat vast. Ik kon geen kant meer op
En het water was zo donker.
Ik zonk weg. Ik dacht: Ga ik nu dood?
Kom ik nooit meer boven?
In mijn doodsangst schreeuwde ik het uit:
Red me, HEER, mijn God, waar bent u?
In zijn tempel, in zijn hemelhuis
Wilde hij mij horen.
Geef God alle eer! Ik riep: de HEER.
Hij alleen zal mijn houvast zijn.
Geef hem alle eer! Ik roep de HEER.
Hij bevrijdt mij. Mijn vijand krijgt geen kans.
Lai lai lai la, lai lai lai lai lai. Lai lai lai la, lai lai lai la.
Woedend werd hij en de aardbodem schokte,
Gebergten schoof hij aan de kant.
Hij spuwde vuur en zijn neusgaten rookten.
Zijn adem stak alles in brand.
Witheet als kolenvuur brandden zijn ogen,
Hij rolde de wolken opzij.
Hij riep een cherub en vloog naar beneden,
Op vleugels van wind zweefde hij.
Wat was u boos.
Donkere wolken verborgen de Hoogste
En zwart als de nacht was zijn jas.
Wat was u boos.
Hij spuwde vuur en blies wolken naar boven
Van steenslag en brandende as.
Wat was u boos.
Hoor je de donder? De HEER laat zich horen.
De Hoogste laat zien wie hij is:
Wat was u boos.
Hij heeft de vijand met pijlen doorboord en
Hij heeft hem met bliksem verblind.
Wat was u boos. U snoof, God, u schold en u brieste.
Wat was u boos. U legde de zeebodem droog.
Wat was u boos. U blies alles ondersteboven.
Wat was u boos. U veegde de aardbodem schoon.
Lai lai lai la, lai lai lai lai lai. Lai lai lai la, lai lai lai la.
Hij pakte mij hand en hield me vast,
Trok mij uit het woeste water.
Tegenstanders waren mij te sterk,
Maar God kwam mij redden.
Ik zat in de put. Zij vielen aan.
Door de HEER kon ik weer opstaan.
Hij zag mij staan, haalde mij eruit.
Hij gaf mij de ruimte.
Wat de HEER graag wil, heb ik gedaan,
Want ik houd mijn hart en handen schoon.
Wat de HEER graag wil, heb ik gedaan
En dat ziet hij. En hij heeft mij beloond.
Uw spoor volg ik. God, wijs mij de weg.
Zonder u wil ik niet leven.
Ik doe wat u zegt. Ik ken uw wet.
Wilt u wijsheid geven?
Wat de HEER graag wil, heb ik gedaan,
Want ik houd mijn hart en handen schoon.
Wat de HEER graag wil, heb ik gedaan
En dat ziet hij. En hij heeft mij beloond.
Trouwe mensen toont u graag uw trouw.
U bent goed voor goede mensen.
Wie integer leven, zegent u.
U misleidt bedriegers.
U komt op voor uw verdrukte volk.
U vernedert trotse mensen.
Heer, u brengt mij licht. U bent mijn zon.
U verdrijft het donker.
Ken jij zo'n god? Met God storm ik af op een leger.
Ken jij zo'n god? Met God spring ik over een muur.
Ken jij zo'n god? Wat hij doet, is goed en integer.
Ken jij zo'n god? Zijn woord is betrouwbaar en puur.
Ken jij zo'n god? Mijn schild. Wie bij hem schuilt, blijft leven.
Ken jij zo'n god? Mijn rots, God die mij heeft gemaakt,
Ken jij zo'n god? de HEER die mij macht heeft gegeven,
Ken jij zo'n god? hij leidt mij. Hij maakt mij volmaakt.
Ken jij zo'n god?
Mijn voeten zijn snel. Ik lijk wel een hert.
U steunt me. U stuwt me omhoog.
Mijn handen zijn sterk. U vecht met me mee.
Samen met u span ik mijn boog.
Uw schild geeft me kracht. Uw hand houdt me hoog.
Ik hoor u. Uw woord maakt me sterk.
Mijn stappen zijn groot en ik ren maar door
En ik struikel niet en glijd niet weg.
De vijand is snel, maar ik ren en ik ren
En ik pak ze. Ik geef het niet op.
Ik neem ze te grazen. 't Is buigen of barsten.
Ik steek ze. Ze staan niet meer op.
Mijn legermacht staat hier door uw kracht paraat
En wie niet voor mij knielt, pakt u aan,
Grijpt u in de kraag, want u haat wie mij haat en
U laat me de vijand verslaan.
Ze smeken om redding. Ze roepen de HEER aan,
De HEER die hen niet hoort, niet helpt.
Ik zal ze vermalen. De wind komt ze halen.
Als stof en vuil veeg ik ze weg.
Ze kennen mij niet, maar ze komen meteen
Als ik roep en ze knielen hier neer.
Hun kracht is gebroken. Zij komen gebogen
Hun burcht uit en noemen mij heer.
Zing voor mijn God! De HEER is de God van mijn leven.
Hij is mijn rots! Hij geeft mij de macht in het land.
Zing voor mijn God! Hij heeft mij een uitweg gegeven.
Hij is mijn rots! Mijn vijand zet hij aan de kant.
Zing voor mijn God! De HEER is de God van mijn leven.
Hij is mijn rots! Hij heeft mij hun koning gemaakt.
Zing voor mijn God! Hij heeft me de leiding gegeven.
Hij is mijn rots! Hij heeft me gered van hun haat.
Zing voor mijn rots!
Lai lai lai la, lai lai lai lai lai. Lai lai lai la, lai lai lai la.
Daarom zal ik voor u zingen, HEER.
Heel de wereld moet het weten:
U blijft David trouw. Uw koning wint.
U zult bij ons blijven.
Geef God alle eer! Ik riep: de HEER.
Hij alleen zal mijn houvast zijn.
Geef hem alle eer! Ik roep: de HEER.
Hij bevrijdt mij. Mijn vijand krijgt geen kans.
Lai lai lai la, lai lai lai lai lai. Lai lai lai la, lai lai lai la.