Daar wordt aan de deur geklopt, Hard geklopt, zacht geklopt. Daar wordt aan de deur geklopt. Wie zou dat zijn? Wees maar gerust mijn kind. Ik ben een goede vrind. Want al ben ik zwart als roet, 'K Meen het toch goed. Want ik kom van Sinterklaas, Sinterklaas, Sinterklaas. 'K Heb voor jou, m'n kleine baas, Moois in mijn zak. Ben je wel zoet geweest? Wees dan maar niet bevreesd! Kijk, hier zendt Sint Nicolaas Fijn speculaas!